Jean Ferrat

 

LA MONTAGNE

DE BERG

 

 

Ils quittent un à un le pays
Pour s'en aller gagner leur vie
Loin de la terre où ils sont nés
Depuis longtemps ils en rêvaient
De la ville et de ses secrets
Du formica et du ciné
Les vieux ça n'était pas original
Quand ils s'essuyaient machinal
D'un revers de manche les lèvres
Mais ils savaient tous à propos
Tuer la caille ou le perdreau
Et manger la tomme de chèvre

Pourtant que la montagne est belle
Comment peut-on s'imaginer
En voyant un vol d'hirondelles
Que l'automne vient d'arriver ?

Avec leurs mains dessus leurs têtes
Ils avaient monté des murettes
Jusqu'au sommet de la colline
Qu'importent les jours les années
Ils avaient tous l'âme bien née
Noueuse comme un pied de vigne
Les vignes elles courent dans la forêt
Le vin ne sera plus tiré
C'était une horrible piquette
Mais il faisait des centenaires
A ne plus que savoir en faire
S'il ne vous tournait pas la tête

Pourtant que la montagne est belle
Comment peut-on s'imaginer
En voyant un vol d'hirondelles
Que l'automne vient d'arriver ?


Deux chèvres et puis quelques moutons
Une année bonne et l'autre non
Et sans vacances et sans sorties
Les filles veulent aller au bal
Il n'y a rien de plus normal
Que de vouloir vivre sa vie
Leur vie ils seront flics ou fonctionnaires
De quoi attendre sans s'en faire
Que l'heure de la retraite sonne
Il faut savoir ce que l'on aime
Et rentrer dans son H.L.M.
Manger du poulet aux hormones

Pourtant que la montagne est belle
Comment peut-on s'imaginer
En voyant un vol d'hirondelles
Que l'automne vient d'arriver?

Ze verlaten een voor een hun streek
Om elders hun brood te gaan verdienen
Ver van hun geboortegrond

Al lang dromen ze ervan
Van de stad en zijn geheimen
Van formica en de bios
De oudjes waren heus niet zonderling
Als ze werktuigelijk met hun revers

Zich de lippen afveegden
Maar ze wisten allemaal op het goede moment
Een kwartel of patrijs te doden
En geitenkaas te eten.

En toch, wat is de berg mooi
Hoe kunnen we bedenken,
bij het zien van een zwerm zwaluwen,
dat de herfst zojuist is aangebroken?


Met hun armen boven hun hoofd
Hebben ze muurtjes opgebouwd
Tot aan de top van de heuvel
Wat deden de dagen, de jaren ertoe
Ze waren allen goed van hart
Knoestig als een wijnstok
De wijngaarden groeien richting bos
De wijn zal niet meer worden getapt
Het was een vreselijk bocht
Maar hij zorgde ervoor dat honderdjarigen,
Niet meer wisten wat ermee te doen

Behalve hun hoofd te doen tollen

En toch, wat is de berg mooi
Hoe kunnen we bedenken,
bij het zien van een zwerm zwaluwen,
dat de herfst zojuist is aangebroken?


Twee geiten en nog een paar schapen,
Het ene jaar goed, het andere niet
En zonder vakantie en zonder uitjes
De meisjes willen naar het bal
Er is toch niets normaler
Dan je leven te willen leven.
Hun leven, ze zullen agent of ambtenaar worden
Kunnen wachten zonder zorgen
Tot het klokje van pensioen heeft geslagen
Het is maar net waar je van houdt
En thuiskomen in je woningwetwoninkje
Om kip met hormonen te eten.

En toch, wat is de berg mooi
Hoe kunnen we bedenken,
bij het zien van een zwerm zwaluwen,
dat de herfst zojuist is aangebroken?

 

 

Hoe het refrein precies geïnterpreteerd, en dus vertaald, moet worden is me niet geheel duidelijk.

Naar de geest, dus niet de tekst volgend, zeer geslaagd omgezet (≠ vertaald) in “Het dorp”, gezongen door Wim Sonneveld.